Business Casual: De VrijMiBo onder de dresscodes
“Mike, geen das. We hebben business casual.”
— Harvey Specter tegen Mike Ross, Suits (2011)
Business casual. Twee woorden die op het eerste gezicht ruimte bieden, maar die in de praktijk verrassend veel finesse vereisen. Het is géén excuus om gemakzuchtig voor de dag te komen. Wel een uitnodiging om je stijl te tonen met minder stijfheid, maar niet met minder aandacht. Het is een dresscode die balanceert: tussen zakelijk en ontspannen, tussen verzorgd en nonchalant. En precies dáár zit de kunst. Ja, het kost vaak veel tijd om het te doen lijken alsof het weinig tijd kost.
Om te beginnen: een colbert, een jasje, jawel, maar zonder de formele dwangbuis. Kies voor ongevoerde of licht geconstrueerde modellen. Wees vrijer in stof en motief. Denk aan zachte schouders, een luchtige snit. Het jasje is van wol, katoen of linnen – andere ‘mooie stoffen’ mag ook – maar blijf alsjeblieft ver weg van plastic pakken. (Tenzij het een zéér ‘snel’ model is... oké, ik knijp één oog dicht.) Opgestikte zakken? Graag. Mits het geheel niet oogt alsof u net uit de boot bent gestapt bij de roeivereniging.
De kleur? Navy is veilig en heilig. Bruin kan héél charmant zijn. Donkergroen? Tja. In de detailhandel zegt men: ‘groen kost poen’. Maar voor de kantoor-dandy die echt weet wat hij doet, zeg ik: toi toi toi. Kies gerust voor een prince de galles, een houndstooth of een herringbone. Je bent vrij om jezelf te laten zien bij deze dresscode, maar blijf wel binnen de grenzen van het betamelijke. Schreeuwerige of ‘grappige’ prints zijn niet grappig. En nee, ook jij kunt het niet hebben. No matter how ‘likeable’ jij bent.
De chino is de backbone van de business casual look. Maar dan wel van een stevige stof, niet dat dunne zomerfloddertje waarmee u op het terras prosecco drinkt. Nee, het blijft immers business. Kleuren als zand, beige, taupe of donkergrijs scoren punten. Skinny is passé – zeker bij een omvangrijke middel. Baggy is ronduit verboden. Dat doe je maar in je vrije tijd.
Strijkvouw? Bonuspunten. Omslagje? Mag, mooi! Maar blijf subtiel. Bent u wat korter van stuk? Drie tot drieënhalve centimeter volstaat. Langer? Dan vier. Maar niet meer. En ja, jeans kunnen – donker, ongewassen, zonder scheuren of wassing. De spijkerbroek als brave leerling, niet als rebelse puber.
Over de korte broek houden we het kort: het antwoord is nee. Nooit en te nimmer. De korte broek is ondenkbaar op de werkvloer. Een absolute faux pas. Al is het vijftig graden op kantoor: in een korte broek neemt niemand je serieus.
Een overhemd of poloshirt (bij voorkeur in piqué katoen – nooit synthetisch), uiteraard zonder borstlogo zo groot als uw ego. Hoe groter het logo, hoe leger de drager. Wit of lichtblauw zijn de Mozart en Beethoven van het genre: klassiek, tijdloos, altijd goed. Een fijn ruitje of streepje mag, zolang u niet oogt als een accountant op carnavalsuitzending. Draag het shirt in de broek. Altijd. De casual in business casual zit ’m niet in loshangend textiel. ‘Hemd uit de broek, is het einde zoek.’
De sokken (ja, die!) Geen witte tennisvariant. U heet niet Sinatra noch Jackson van achternaam. Geen grapjes. Geen enkelzicht – want dat is, geen gezicht. Kies bij voorkeur voor kleur op kleur. Match met uw pantalon. Marineblauw op marineblauw. Wilt u speels zijn? Neem een kous met een ribbel, niet een bananenprint.
Loafers, brogues, derbies — allemaal toegestaan. Zonder kous? Tuurlijk, maar wél even dat enkeltje insmeren en wat zonnestralen pakken, heren. Schoenen zijn gepoetst, de zool is intact, de veters fris. Sneakers? Alleen als ze minimalistisch zijn, leer, en zo wit als een maagdelijk contract.
Accessoires: Net Genoeg Narcisme
Een horloge (liefst met leren band). Een riem die bij de schoenen past. De das? Overbodig. Tenzij u er een bent die z’n eigen stijlregels maakt. In dat geval: zorg dat hij dun is, mat, en vol zelfvertrouwen. Draag hem dan ook met dat zelfvertrouwen.
Business casual op een bruiloft?
Ah, die zeldzame uitnodiging waarop ‘business casual’ als dresscode prijkt voor een huwelijk. Vreemd? Ja. Onmogelijk? Zeker niet. Laat de jeans thuis. Draag waar jij je goed in voelt, waarvan jij denkt dat jij het bruidspaar tevreden stelt. Voeg een pochet toe als stille ode aan de feestelijkheid. En nee, de das hoeft niet — tenzij u zich onder de schoonouders wilt profileren als serieuze kandidaat. Of gewoon een beetje een dandy bent. Dan heb je altijd een vrijkaart.
Business casual is de nette nonchalance van iemand die zijn zaken op orde heeft, maar zijn manchetknopen in het laatje laat liggen. Het is ontspannen precisie. Een flirt met formaliteit — maar dan met de bovenste knoop open.
Ask us anything!